
Na de val van de taliban in Afghanistan bracht de Noorse journalist Asne Seierstad een aantal maanden door bij een boekhandelaar in Kaboel. Ze werd in zijn gezin opgenomen en leefde als een van de vrouwen. Wat zich in het gezin afspeelt, loopt parallel met de ontwikkelingen in Afghanistan, een land dat verwoest is, maar dat de hoop op een betere toekomst levend houdt.
Boekinformatie
Schrijver: Asne Seierstad
Titel: De boekhandelaar van Kaboel
Eerste uitgave: De Geus, 2003
Jaartal: 2003
Bladzijden: 288
Vertaler: Diederik Grit
Genre: non-fictie
Status: gelezen in 2013
Mening: 3 sterren
- Ik heb dit boek bij de bibliotheek geleend
- Ik las het boek in 2013 en dit was boek 14 van de boeken die ik in 2013 gelezen heb
Mijn samenvatting
Soeltan Khan was een van de eersten die ik ontmoette toen ik in november 2001 in Kaboel aankwam. Ik had zes weken met de Noordelijke Alliantie doorgebracht, in de woestijn bij de grens met Pakistan, in het Hindoe-Koesjgebergte, in de Pansjirvallei, op de steppen ten noorden van Kaboel. Ik had hun aanvallen op de Taliban gevolgd, op stenen vloeren geleefd, in aarden hutten, aan het front. Gereisd in de laadbak van vrachtwagens, in militaire voertuigen, te paard en te voet.
Toen het Taliban-bewind viel, trok ik met de Noordelijke Alliantie naar Kaboel. In een boekhandel trof ik een elegante man met grijs haar. (1e zin)
Mooie citaten uit het boek
Maar mijn verhaal over Kaboel is dan ook een verhaal over een heel ongewone Afghaanse familie. Een boekhandelaarsfamilie is ongewoon in een land waar driekwart van de bevolking niet kan lezen en schrijven. (blz 11)
Ik was gast, maar ik werd algauw een huisvriendin. Er werd fantastisch voor me gezorgd, de familie was royaal en openhartig. We hebben samen heel veel gezellige uren gehad, maar ik ben tegelijkertijd zelden zo kwaad op iemand geweest als op leden van de familie Khan, en ik heb zelden zo’n ruzie gemaakt als met hen. Ik heb nooit zo’n zin gehad om iemand te slaan als daar. (blz 13)
7 Verbod op vliegeren
Vliegeren heeft onnutte gevolgen zoals gokken, dodelijke ongevallen onder kinderen en verzuim van onderwijs. Winkels waar vliegers worden verkocht, zullen worden ontruimd. (blz 94)
Slechts een kleine groep vrouwen in Kaboel heeft zich van hun boerka ontdaan. De meesten weten niet dat de vrouwen van een paar generaties terug, Afghaanse vrouwen uit de vorige eeuw, dit kledingstuk helemaal niet kenden. Pas tijdens de regering van koning Habiboellah, die het land bestuurde van 1901 tot 1919, werd de boerka ingevoerd. Hij gebood de tweehonderd vrouwen in zijn harem er een te dragen, zodat ze met hun knappe gezichten geen andere mannen zouden verleiden als ze zich buiten de deuren van het paleis begaven. (blz 102)
Maar prins Daoed wilde alle boerka’s het land uit hebben. In 1961 kwam er een wet die het gebruik ervan voor ambtenaren verbood. Het duurde ettelijke jaren voordat men zich aan deze wet begon te houden, maar in de jaren zeventig liep vrijwel elke lerares of secretaresse in Kaboel in rok en bloes rond, terwijl de mannen kostuums droegen. De aldus geklede vrouwen liepen echter het risico dat fundamentalisten hen in hun onderbeen schoten of zuur in hun gezicht spoten. (blz 103)
Wat vind ik van dit boek?
Ik vond het een fascinerend boek, omdat het een inkijkje geeft in het leven van een gezin in Afghanistan. Je krijgt tijdens het lezen een hekel aan het mannelijk hoofd van de familie.
Het boek was best leuk om te lezen, maar ik zou het niet nog een keer willen lezen. Het was een gemiddeld boek.