Neil Gaiman – Ster (2019-63)

boekomslag Neil Gaiman - Ster

In de vredige velden van het oude Engeland ligt al zeshonderd jaar een dorpje op een grote granieten rots. Vlak erbij staat de hoge stenen muur waarnaar het vernoemd is. In Wall verliest de jonge Tristran Thorn zijn hart aan de beeldschone Victoria Forester. En hier, op een tintelende oktoberavond, doet Tristran zijn geliefde een belofte – een onstuimig gebaar dat hem door de enige poort in de muur zal voeren, over de weide, het bos in… naar het wonderbaarlijkste avontuur van zijn leven!

Boekinformatie
Schrijver: Neil Gaiman
Titel: Ster
Uitgeverij: Luitingh-Sijthoff
Jaartal: 2003
Bladzijden: 252
Vertaler: Paul Janse
Genre: sprookjes & fantasy
Leeftijd: 18+
Mijn mening: 3 sterren

  • ik heb dit boek in oktober 2013 gekocht bij bibliotheek Rotterdam. Het is een afgeschreven biebboek
    • dit boek is niet meer in mijn bezit (weggegeven aan Leeszaal West in Rotterdam)
  • ik las dit boek van 23 t/m 24 mei 2019 en dit was boek 63 van de boeken die ik in 2019 gelezen heb

Mijn samenvatting

Er was eens een jongeman die zijn Hartenwens wilde vervullen.
En hoewel dit voor het begin van een verhaal niet geheel nieuw is (want elk verhaal over elke jongeman die ooit geleefd heeft of ooit zal leven, zou op een dergelijke manier kunnen beginnen) was er veel ongewoons aan deze jongeman en aan wat er met hem gebeurde, al heeft zelfs hij er nooit het fijne van geweten.
Het verhaal begon, zoals zo vele verhalen, in Wall.
Het stadje Wall staat vandaag de dag zoals het al zeshonderd jaar staat, op een hoog, granieten uitsteeksel midden in een klein bosgebied. De huizen van Wall zijn vierkant en oud. Ze zijn van grijze steen, met donkere leien daken en hoge schoorstenen. Om elke centimeter ruimte op de rots te benutten, leunen de huizen opeengedrongen tegen elkaar, terwijl er hier en daar eens truik of een boom uit de zijkant van een gebouw groeit. Er gaat één weg naar Wall, een kronkelig pad dat steil omhoogloopt uit het bos, waar het gemarkeerd is met rotsen en kleine stenen. Wanneer je het ver genoeg in zuidelijke richting volgt, wordt het pad een echte geasfalteerde weg; nog verder wordt de weg breder en is hij dag en nacht vol met auto’s en vrachtwagens die zich van stad naar stad haasten. Uiteindelijk brengt de weg je naar Londen, maar Londen is een nacht rijden vanaf Wall. (blz. 11)

Dunstan woont in Wall. Hij is niet de hoofdpersoon van dit verhaal, maar wel belangrijk in het begin van het verhaal. Bij het dorp Wall staat een grote muur. Aan de andere kant van de muur ligt een andere wereld, een wereld met magische wezens. Er is geen contact tussen de bewoners van Wall en de bewoners achter de muur. Maar 1 keer in de negen jaar is er Sprookjesmarkt en dat is het enige moment waarop de bewoners contact met elkaar hebben. Dunstan loopt over de markt en geniet van de geuren en de bijzondere dingen die verkocht worden. Hij raakt in gesprek met een jonge vrouw. Zij verkoopt magische bloemen.

Dunstad schudde zijn hoofd. Er was, merkte hij op, iets bijzonders aan deze jongedame.
‘Aha. Het zijn evengoed prachtige dingen,’ zei ze en ze glimlachte opnieuw.
Het bijzondere was een dunne zilveren ketting die van de pols van de jongedame naar haar enkel liep en daarvandaan naar de beschilderde woonwagen achter haar.
Dunstan maakte er een opmerking over.
‘Die ketting? Ik ben ermee aan de kraam gebonden. Ik ben de persoonlijke slavin van de heksenvrouw die deze kraam bezit. Ze heeft me vele jaren geleden gevangen. Ik speelde bij de watervallen op de landerijen van mijn vader, hoog in de bergen, en zij lokte mij steeds verder weg, in de gedaante van een mooie kikker die steeds net buiten mijn bereik was, totdat ik zonder het te merken mijn vaders landerijen had verlaten. Toen nam zij haar ware vorm aan en stopte mij in een zak.
‘Ben bent u nu voor altijd haar slavin?’
‘Niet voor altijd,’ en hierbij glimlachte het sprookjesmeisje. ‘Ik krijg mijn vrijheid terug op de dag dat maan haar dochter kwijtraakt, als dat in een week gebeurt waarin twee maandagen samenkomen. Ik wacht met geduld. En in de tussentijd doe ik wat mij wordt gevraagd, en bovendien droom ik. Wilt u nu een bloem van mij kopen, jonge meester?’ (blz. 27)

Maanden later gebeurt er iets bijzonders in Wall… Midden in de nacht wordt er vanuit de andere wereld een mand door de poort geschoven. Er ligt een baby in. Hij blijkt de zoon van Dunstan te zijn. Deze jongen heet Tristran en hij merkt dat hij anders is dan andere kinderen. Hij dagdroomt veel, en als de wind vanuit het land achter de muur komt waaien, zijn zijn dromen anders. Er komen dan prinsessen, ridders, trollen en zeemeerminnen in zijn dromen voor. Tristran wil een avontuurlijker leven dan de inwoners van Wall hebben. Hij is verliefd op Victoria Forester, het mooiste meisje uit het dorp. Op een avond zien ze een vallende ster. Victoria wil deze ster hebben en Tristran biedt hem daar voor te zorgen.

‘Hoe dan ook, moet je niet op weg om mijn gevallen ster op te halen? Hij viel in het oosten, daar ergens.’ En ze lachte opnieuw. ‘Domme winkeljongen. Alles wat jij kan, is zorgen dat wij de spullen in huis hebben voor rijstebrij.’
‘En als ik die gevallen ster voor je meenam?’ vroeg Tristran luchtig. ‘Wat zou je me geven? Een kus? Je hand?’
‘Alles wat je maar wenst,’ zei Victoria geamuseerd.
‘Zweer je dat?’ vroeg Tristran.
Ze liepen nu de laatste honderd meter naar de boerderij van de Foresters. Door de ramen brandde het lamplicht, geel en oranje.
‘Natuurlijk,’ zei Victoria Forester met een glimlach.
Het pad naar de boerderij van de Foresters bestond geheel uit modder, die door de poten van paarden en koeien en schapen en honden tot een slijkerige massa was getript. Tristran Thorn verdween tot zijn knieën in de modder, zonder op zijn jas of zijn wollen broek te letten.
‘Heel goed,’ zei hij.
De wind waaide op dat moment uit het oosten.
‘Dan laat ik u nu hier achter, vrouwe,’ zei Tristran Thorne. ‘Want ik heb dringende bezigheden in het oosten.’ Hij stond op, zonder te merken hoe de modder en het slijk aan zijn knieën en zijn jas bleven plakken, en hij boog voor haar en en nam zijn hoed af.
Victoria Forester lachte naar de magere winkeljongen, lachte lang en luid en verrukkelijk en haar klingelende lach volgde hem terug de heuvel af en verder. (blz. 56)

Zal het Tristran lukken om de gevallen ster te vinden? Wat voor avonturen zal Tristran tegen komen onderweg? Zal Victoria dan doen wat ze belooft heeft?


Koop een boek
De leukste plek om een boek te kopen is een boekwinkel. Als je online koopt via deze links van Libris, bruna of bol. krijg ik een klein percentage van de verkoper én ondersteun je deze website.

Vergelijkbare berichten