Tante Til zit aan tafel achter de computer en ik leg mijn hoofd op tafel om mee te kunnen kijken. Ze schrijft tegenwoordig ook over mij, dus dat moet ik wel een beetje in de gaten houden.Het is nu half 10 in de ochtend en we zijn net terug van een plaswandeling. Buiten regent het, maar dat vind ik niet erg. Ik vind het wel vreemd dat Tante Til dan iets op haar hoofd doet. Waarom zou ze dat doen?

Tijdens het wandelen voor het ontbijt vond ik in het park een mooie tak met bladeren er nog aan. Die heb ik een heel stuk meegenomen. Ik hoorde de langsfietsende kinderen me wel bewonderen. Ze vinden het blijkbaar leuk als een hond met een tak loopt. We kwamen een andere hond tegen, maar die wilde niet echt spelen. Ik heb nog voor hem heen en weer gesprongen, maar er kwam niet echt een reactie. Toen zijn we maar weer doorgelopen. Onderweg heb ik nog geprobeerd om de eenden, meerkoeten en waterhoentjes de lucht in te jagen. Helaas hebben ze tegenwoordig door dat ik er aan kom, want ze vliegen veel te vroeg weg. Flauw van ze!

Ik vond nog een tweede stok en die heb ik mee naar huis genomen. In het halletje heb ik er nog stukken afgeknaagd voordat ik het goed vond dat Tante Til mijn riem afdeed en mijn pootjes afdroogde. Ze pakte snel mijn stok af en legde hem op het kastje. Die wilde ik natuurlijk wel terug, dus ik sprong steeds tegen het kastje op. Ik vond het vreemd dat Tante Til daar steeds boos op reageerde en me wegtrok. Het is toch mijn stok? Nu ben ik een beetje moe. Ik heb de dekentjes uit mijn bench gesleept en die liggen nu midden in de kamer en ik lig er bovenop. Dat ligt heerlijk!

Het is half 12. We zijn net terug van een wandeling. Ik heb heerlijk liggen slapen, maar toen Tante Til televisie ging kijken en een kopje thee erbij had, vond ik het wel weer tijd om naar buiten te gaan. Daar is veel te zien en te ruiken. Het regent wel, maar dat vind ik niet erg. Het viel me op dat er nu wel veel vogels rondliepen op het gras: eenden, kraaien en meeuwen. Vooral die kraaien vind ik erg interessant. Ze zijn zo groot en daar wil ik best mee spelen. Helaas vliegen ze altijd snel weg.

Maar goed, Tante Til zat lekker op de bank met een kopje thee en een plakje cake (waar ik helemaal niets van meekreeg) en ik wilde naar buiten. Tja, dus ik heb mijn poten tegen de muur en de deur gezet. In het begin deed ze niets, maar toen ze haar kopje thee leeghad zijn we gaan wandelen. Onderweg heb ik netjes gelopen en niet veel getrokken. Af en toe keek ik naar Tante Til om te zien of ik het goed deed en dan zei ze: “Goed zo, Wooster, brave jongen.” Dat vind ik leuk.

Ik kwam de tak met blaadjes van vanmorgen weer tegen. Ik vind het best lastig om zo’n tak te dragen en te zorgen dat hij niet in de war komt met mijn riem. Ik loop heel trots met mijn hoofd en staart omhoog met mijn tak. Iets verderop vond ik een platgeduwd blikje en die vond ik leuker. Daar kun je lekker op kauwen. Toch heb ik hem even later maar weer laten liggen. Ik zag een plastic flesje die ik wel wilde hebben, maar daar trok Tante Til me bij weg. Flauw hoor!

En nu ben ik een beetje moe. Ik lig op een dekentje midden in de kamer. Ik heb net nog even met de afstandsbediening gespeeld. Die lag op de bank en ik heb hem gepakt. Ik geloof dat Tante Til dat niet leuk vond. Ze werd niet boos zoals anders, maar ze ging met mijn speelgoed spelen. Dat vond ik wel een beetje vreemd. Ik ging onder de tafel liggen, maar op een gegeven moment had ze toch die afstandsbediening te pakken. Ik mag ook nooit wat!

Het is kwart voor drie en we hebben lekker in het bos gewandeld. Zodra we uit de auto stapten wilde ik heel graag het bos in. Tante Til trok me steeds terug. Heel onaardig! Toen we eenmaal in het bos liepen moest ik gaan zitten, kreeg ik een stukje worst en deed Tante Til mijn riem los. Ik ging er als een speer vandoor. Het is heerlijk om te mogen rennen, springen en snuffelen. Dit heb ik een half uur lang gedaan. Soms kwam ik even bij Tante Til terug en keek haar lachend aan. Als ik een andere kant op ging dan zij wilde, riep ze mijn naam en zei “deze kant op”. Dan kwam ik heel hard aanrennen. En als ik echt naar Tante Til toe kwam kreeg ik een stukje worst. Die is erg lekker. Na een half uur kreeg ik mijn riem weer om en dat vond ik niet leuk. Er is nog zoveel te snuffelen wat net buiten mijn bereik ligt. Tante Til trok me steeds weer terug.

Voor een stukje van die lekkere worst ben ik in één keer de auto ingesprongen. Normaal gesproken wil ik niet zo graag de auto in. Als ik er eenmaal in ben vind ik het wel okee. Dan kan ik lekker tegen Tante Tils rug aanleunen en mijn hoofd op de bovenkant van haar stoel leggen of op haar schouder. Dan kun je leuk naar buiten kijken en het voelt ook gezellig.

Nadat we vanavond rond kwart voor 6 terug kwamen van het wandelen ben ik snel naar de bank gelopen. Daar heb ik de afstandsbediening voor de televisie gepakt. Ik ben weggeslopen richting de keuken. Tante Til had het snel door en werd boos. Ze riep dat ik bij haar moest komen, dat ik het moest loslaten. Daar had ik lekker geen zin in. Elke keer als ze in mijn richting kwam rende ik snel een andere kant op. Ik vond het wel een leuk spelletje worden. Soms zei ze niets en bleef ze stil staan. Dan kwam ik zachtjes aangelopen, met de afstandsbediening, maar zodra ze zich in mijn richting bewoog, was ik weer snel weg. Ze pakte een stukje metworst uit de koelkast, maar ik vond de afstandsbediening voorlopig nog veel te leuk. Je kan er lekker op kauwen. Toen Tante Til een tijdje midden in de kamer stil had gestaan met dat lekkere stukje worst ben ik toch naar haar toegegaan, zonder de afstandsbediening. Ze liet me zitten en pakte me bij mijn halsband. Ik kreeg het stukje worst, maar werd ook naar de gang gesleept. Dat vond ik niet leuk. Ik heb tegen de deur aangesprongen, maar daar kwam geen reactie op. Toen ik weer stil was, deed Tante Til de deur weer open en mocht ik naar binnen. Ze heeft me daarna een tijdje niet aangekeken, zelfs niet toen ik mijn hoofd op haar knie legde. Gelukkig was ze even later weer aardig en werd ik geaaid. Ze is namelijk wel mijn Tante Til en ik vind haar lief.

Na het eten heb ik lekker liggen slapen in de kamer. Toen C. thuis kwam was het nog geen 8 uur en nadat hij zijn eten op had, is hij met me gaan wandelen. Ik ben altijd heel erg blij als C. thuiskomt. Ik hoor de sleutel in de voordeur en ga dan meestal bij de deur naar het halletje zitten. Ik loop nog even weg om een een stuk dekentje of een bal in mijn bek te stoppen. En als C. de kamer in komt ga ik kwispelend, piepend en zachtjes grommend naar hem toe. Ik spring omhoog, maar dat vind hij niet goed. Hij zet zijn spullen neer, zegt dat ik moet gaan zitten en ik word geknuffeld. Ik vind dat zo lekker dat ik op mijn rug ga liggen, zodat hij nog beter kan aaien. Mijn baasjes zijn allebei weer thuis en dat vind ik wel zo gezellig.

Voor het slapen gaan gaat C. nog met me naar buiten. Ik doe snel een plasje en dan gaan we weer naar binnen. Tante Til heeft een stukje kaas en een pensstaafje voor me en probeert me de bench in te lokken. Daar heb ik geen zin in, dus ik loop steeds van haar weg. Uiteindelijk ruikt het me toch te lekker en loop ik braaf de bench in. Ik krijg mijn snoepjes en C. en Tante Til gaan naar boven. Lekker slapen!

Onderstaande foto is afgelopen zomer op Vlieland gemaakt.

20070808 Wooster

 

Oorspronkelijk geplaatst op 30 oktober 2007 op tantetil.vkblog.nl

 

Oorspronkelijke reacties

Bart / 30-10-2007 15:14
Ik zie toch vaak Pluto voor ogen, gek hè!
Benieuwd hoe lang de afstandsbediening het nog doet… :~)
Wooster houdt veel van Tante Til en C., en het is natuurlijk wederzijds, dat is wel duidelijk!
groet Bart

Tante Til / 31-10-2007 09:00
@Bart: Daar heeft Wooster ook wel wat van weg. Dat slungelige…
De afstandsbediening doet het nog steeds. Nu moeten we er aan denken om hem steeds op te ruimen. En andere dingen opruimen voordat hij besluit om daarmee op stap te gaan. Net een klein kind, 😉

doranne / 31-10-2007 12:20
Heerlijk die Wooster verhalen.
Zo kom je nog eens buiten!